zondag 22 maart 2015

150322

Een beetje achterstallig onderhoud. Het gedicht Naar Buiten, zoals dit weekend geplaatst op Pomgedichten, in het kader van het thema 'isolatie', altijd een dankbaar onderwerp.

Het gedicht van twee weken geleden (De kwade mossel) volgt voor de volledigheid, al werd het door mr. Wolff naar de prullenmand verwezen met de kanttekening 'op de rand van Sinterklaas'. Tiens! Het thema 'mosselen' prikkelt de light verse-neuronen, het is waar, en niet altijd op gunstige wijze. Misschien was de misogyne noot ook te subtiel om te worden opgepikt. Die laatste regel gaat ooit nog wel eens op de helling. Of het hele geval wordt gewoon weggepleurd. Een uitsmijter met mosselen, brrr, nee.

Naar buiten

Met duizend slagen om de arm
heb je moeizaam leren lachen
om gespierde predatoren
die al uitgestorven waren

en het onweer dat niet kwam.
Nooit gespeeld dus niet verloren,
niet in het pakijs doodgevroren,
nooit het noorderlicht gezien.

Wanneer je eindelijk besluit
de grendel van de deur te doen,
vrij ademend en zonder vrees
het volle zonlicht in te stappen,

komt ongenood en onverwacht,
breed lachend als een voorjaarsdag,
een lang vergeten oude vriend
je meubeltjes aan splinters trappen.

De kwade mossel

De kwade mossel zwijgt en broedt,
blijft doof voor onze argumenten.
Hoe je ook fleemt of moeite doet,
't is alles niet genoeg voor haar.

Ze houdt zich koppig dood en stom
en klemt haar kaken op elkaar
alsof ze, als haar zus de oester,
een schat of een geheim behoedt.

De kwade mossel zwijgt en broedt,
heeft maling aan ons oude pact:
wij strooien kwistig wijn en warmte,
zij geven ons hun vlees in ruil.

Wie desondanks niet opengaat
blijft weliswaar geheel intact,
maar gaat als eerste bij het vuil,
want wie haar neemt, die wordt niet goed.

zaterdag 7 maart 2015

Wijtgaards Ero-poëtische Cliché-bingo

 

Misschien dat het komt door de ophanden zijnde publicatie van de verzamelbundel 'Erotica', die Kees Godefrooij aan het samenstellen is, misschien ook heeft de vivavrouwen-erofilm 'Fifty Shades' ermee te maken. In elk geval wordt de goedbedoelende poëzieliefhebber dezer dagen op internet en in dichterscafé's bedolven onder een stortvloed van meer of minder erotische gedichten. Om het kaf een beetje van het koren te scheiden is hier een onmisbaar hulpmiddel.

Spelregels:

1. Kruis tijdens de voordracht van een erotisch gedicht de op de kaart voorkomende woorden uit het gedicht aan.

2. Synoniemen, eufemismen, hyponiemen etc. (bijvoorbeeld 'hijgen' voor 'ademhaling') mogen worden meegeteld.


3. Roep wanneer alle woorden op een horizontale, verticale of diagonale lijn zijn aangekruist 'BINGO!'.


4. Begeef u naar de voordragende dichter(es) om een hete, zoete, trillende zoen in ontvangst te nemen.

zondag 1 maart 2015

150301

Het gedicht obstructie, zoals geplaatst op Pomgedichten. Blijkbaar is het gedicht stof voor allerhande wilde interpretaties, trouwens. Meester Wolff sprak althans over ziekenhuizen, abattoirs en zelfs opblaaspoppen, waarvan in de tekst (tweemaal nagekeken) geen sprake lijkt te zijn.

Het doet een beetje denken aan een docent aan D'Witte Lelie, een gerespecteerd neerlandicus, redacteur van een literair tijdschrift ook nog, die tijdens een college in de late jaren '80 zijn studenten vroeg om een interpretatie van het gedicht visser van ma yuan door Lucebert. Voor wie het gedicht niet kent volgt het hieronder:

visser van ma yuan

onder wolken vogels varen
onder golven vliegen vissen
maar daartussen rust de visser

golven worden hoge wolken
wolken worden hoge golven
maar intussen rust de visser


De studenten gingen enthousiast aan de slag. Hoewel de in het gedicht beschreven gebeurtenissen niet lijken te rijmen met de alledaagse gang van zaken in de visserijbranche, was niemand zo onverstandig om met een strikt oceanografische, meteorologische, ornithologische of ichtyologische interpretatie voor de dag te komen. Zelfs op de HAVO werd je destijds nog bijgebracht dat er nooit staat wat er staat.

Wat er precies werd gezegd is niet opgetekend, maar vast staat dat de discussie zich concentreerde rond de onveranderlijkheid van de visser temidden van tamelijk ingrijpende natuurverschijnselen. Ongetwijfeld heeft iemand het over zen gehad, wie weet zelfs over wu wei, over de tyfoon die de veranderlijkheden van het leven symboliseerde, en de visser die desondanks tweemaal in dezelfde rivier zwom, of juist niet, enzovoorts.

Allemaal larie, meende de docent, visser van ma yuan gaat niet over visserij, niet over stormen, zelfs niet over het schilderij waarop het gedicht gebasserd schijnt te zijn. Nee: de golven die wolken worden (v.v.) stelden overduidelijk een atoomexplosie voor. Niks tyfoon, uilskuikens! De nucleaire apocalyps! En die visser die rust niet, hij is dood!

In de kwart eeuw daarna is door tenminste één van die studenten vastgesteld dat de mening van de docent misschien opmerkelijk was, maar niet oorspronkelijk. De explosieve interpretatie van Luceberts visser stamde zelfs al uit de vroege jaren '60. Maar het is hoopgevend dat de tendens om gedichten op spectaculaire wijze te duiden zelfs in 2015 nog springlevend is. En het is fijn om te geloven dat obstructie, in elk geval in dat opzicht, sterke overeenkomsten vertoont met het werk van Lucebert.

Obstructie

Gedroogde nachten in een klinisch nest,
gesteven lakens, mokken in het donker,
strelen met te lange vingernagels,

blind tegen een muur van vlees aan bonken.
Vruchteloos op zoek naar weke delen
proberen je naar binnen toe te schuren,

in de illusie dat je onvermogen
als weerzin of protest wordt uitgelegd,
zoals je ook graag zou geloven dat

ze met haar schaambeen politiek bedrijft,
dat ze een stel geheime knoken heeft
waarmee ze elke opening belet,

omdat wat je aan tafel hebt gezegd
met knieën, ribben, bekkens wordt vergolden
en niet mag worden rechtgezet in bed.